Ook vandaag ging de wekker net na zonsopgang. Terwijl een haan ergens verderop al vrolijk aan het kraaien was, werd het tijd voor een frisse douche. Maar zodra ik onder de kraan stond met m’n shampoo in de aanslag, bleek de hele doucheslag uit allerlei gaten water te spuiten. Behalve dan uit de douchekop, natuurlijk. Ik heb nog nooit zo creatief gedoucht!

Met onze Duitse buurtjes, het stelletje uit Berlijn, zaten we gezellig samen aan een ontbijt met het welbekende Marokkaanse recept. Msemen, la vache qui rit (duidelijk Franse invloeden wel!) en een glaasje jus d’orange. We kenden ondertussen ook het signaal als we snel onze spullen moesten pakken voor het vertrek ‘Jalla! Jalla!‘ riep de chauffeur dan. Te vertalen naar ‘Schiet op!‘ … ‘Kom op!’ ‘Hup hup!‘. En wij riepen hem dan vrolijk na, ‘Jalla! Jalla!‘. Een eerste glimlach verscheen bij hem, dus lachen kon hij tóch!

Met kleine oogjes namen we weer plaats op onze vaste plek naast de chagrijnige Spaanse, die het in de eerste vijf minuten alweer klaarspeelt meermaals te zuchten en te steunen. ‘Och kind, wat heb je toch ook een zwaar leven hier. Midden in de Atlas bergen van Marokko onderweg naar de Sahara, dat is natuurlijk ook echt vervelend‘ fluisterde ik binnensmonds. Het was maar goed dat ze geen Nederlands verstond.

Langs Dadès Gorges, ookwel de apen bergen genoemd, rijden we richting het dorp Tinghir. Daar kregen we wel een heel bijzondere rondleiding door het dorp. Karim de gids lijdt ons door de stoffige straatjes naar een enorme tapijtenmakerij waar we hele bittere muntthee krijgen. Ze vertelden ons alles over de kleuren en symbolen van de tapijten en dat het soms drie maanden duurt om een tapijt te maken.

Stiekem wilden we allebei wel zo’n tapijtje kopen, maar aan de prijs waren ze wel. Mijn afding-kwaliteiten kwamen hier niet tot zijn recht en werd dat mooie tapijtje tóch niet van mij. Helaas. Wat ik wél mocht doen werd me snel duidelijk toen ze me meenamen naar een achterkamertje, de rest van de groep achterlatend. Ik wist niet wat er te gebeuren stond maar al snel werd ik bedolven onder zware doeken met versieringen, armbanden en kettingen. Een dame met nog vrij weinig tanden lachte en deed me als laatst een hoofddoek om. Met gebaren zei ze dat ze Fatima heette en ik wees naar mezelf, ‘Nadia‘ zei ik. Ze begon spontaan te lachen, want die Arabische naam hadden ze niet verwacht. De gids vertelde me later dat dit het ochtenddouw op een blad betekent, wat te vertalen is naar geluk en vrede.
En zo werd ik, verkleed als bruid, meegenomen naar de rest. Met een groot applaus, en gelach, werd ik weer onthaald. Gelukkig liet Lotte me niet overkopen voor kamelen, want ik wil ooit vast trouwen maar uitgehuwelijkt worden staat niet bepaald op mijn bucketlist.
Of hier foto’s van zijn…? Jup. Het is werkelijk verschrikkelijk om aan te zien, dus moet je even naar rechts klikken voor dat-ie tevoorschijn komt. Help.

Naar de Sahara van Marokko
Naar de Sahara van Marokko
Naar de Sahara van Marokko
Naar de Sahara van Marokko
DSC_2953
DSC_2957-2
DSC_2970
DSC_2962
previous arrow
next arrow

Even later reden we met de schuifdeur open en Karim de gids half in de bus naar de volgende bezichtiging. Hij hamerde erop dat we vragen stelde, want hoe vaak staat er nou een échte nomad voor je neus? Zo kwamen we erachter dat zijn familie 67 man sterk was en dat ze samen in één groot huis woonden. Hij stond elke dag om 3 uur op om voor zijn dieren te zorgen en had een bijzonder sterke levensfilosofie. ‘You work hard, eat healthy and walk in the nature‘ zei-ie. En al die mensen die alleen maar bezig zijn met hun telefoon, die zijn echt niet gelukkig. Daar had hij absoluut een punt, vonden wij. Mijn Spaanse buurvrouw echter, was ondertussen zo rood aangelopen dat er bijna stoom uit haar oren kwam. Nogal boos en aangevallen gromde ze ‘So you say I am not happy?! Well I AM! THANK YOU‘. Waarop Lotte en ik onszelf nogal moesten inhouden van het lachen. De dame die nooit naar buiten keek, alleen maar zat te Netflixen en te zuchtten was duidelijk op haar tenen getrapt.

Wij genoten in ieder geval met volle teugen van de natuur in de Todgha-kloof en hadden enorme lol met Karim de gids.

De Todgha kloof in Marokko
‘You girls act like you kill me!’

Met zijn allen werden we toen weer naar een vaste lunchplek gestuurd op een wel heel idyllische plek langs een kabbelend beekje. Het had een beetje weg van Zuid-Frankrijk, maar niet dat gedeelte dat er een man met een ezeltje bepakt met spullen door het water liep. Al is de lunch wederom niet om van te watertanden, we hadden wel goed gezelschap in een prachtige omgeving. En wanneer we uitgegeten zijn genieten we nog even in de zon, totdat we weer ‘Jalla! Jalla!‘ horen en we gehaast weer de bus ingepropt worden.

de Todgha kloof in marokko
de Todgha kloof in marokko
DSC_2972
DSC_2975
DSC_2978
previous arrow
next arrow

En daar kwam het spannendste van de rit: de laatste etappe totdat we bij de Sahara kwamen. Van woeste rotsen gingen we naar verdwaalde palmbomen, zand en heel af en toe een winkeltje of rustplek. En toen begon de rit héél hobbelig te worden en deinsden we heen en weer over zand en stenen en zagen we het in de verte verschijnen: zand, zand, zand!

De woestijn in Marokko
De woestijn in Marokko
De woestijn in Marokko
previous arrow
next arrow


Voor we er überhaupt erg in hebben stonden we al midden in de woestijn, tussen het zachte zand én een boel kamelen. We pakten onze rugzakken in voor één nacht in een woestijn-tent en huppakee, binnen twee minuten zaten we op een kameel. Het zorgde wel voor de nodige hilariteit wanneer de kamelen opstonden en we het gevoel hadden dat we er bijna afvielen. Gelukkig viel dat mee, en als een ware kamelenkaravaan vertrokken we naar de hoge zandduinen.

Al hobbelend genoten we van de stilte in de woestijn, je hoorde er helemaal niets. Oké, behalve dan Lotte’s kameel die herhaaldelijk op zijn touw blijft bijten en heerlijk kwijlt op de kont van mijn kameel. Na een uurtje kamelrace gehouden te hebben kwamen we aan op een kamp met meerdere grote zwarte tenten, waar we tot overmaat van ramp samen met de drie Spaanse dames in één tent werden geduwd. Met puppy-ogen keken we de leiding aan en smeekten we of we alsjeblieft bij het gezellige Duitse koppel mochten, en dat mocht. Pfieuw! Als verrassing kregen we een ouder echtpaar uit Zuid-Korea als buren, want elke tent heeft 3 tweepersoonsbedden. Ofja, bedden. Een berg hooi met een hoeslaken er omheen.

Gauw trokken we onze schoenen uit en lieten het zand tussen onze tenen kietelen, het was helemaal niet heet zoals we hadden gedacht. En uiteraard, zoals ieder ander op dat moment in de woestijn, grepen we naar de camera om wat foto’s te maken. Met dat prachtige zonlicht achter ons was het een sprookjesachtig gebeuren met die glooiende zandheuvels en de strakblauwe lucht. Terwijl we keken naar de in de duinen zakkende zon smikkelden we met z’n allen van cd chips en koekjes die we bij onze laatste stop hadden gekocht. En langzaamaan werd het echt donker en hoorde we in de verte trommelmuziek: het geluid van etenstijd! We schoven in een grote tent op, wederom, hooibalen en smulden van harira (bonensoep), groententagine en vers fruit.

Spring als je een schorpioen ziet!

De avond werd nog magischer toen we op een heuvel lagen te kijken naar de donkere lucht en we de vele vallende sterren telden. En ik weet niet waar het door kwam, maar de meligheid sloeg toe en de ene na de andere grap over de woestijn kwam uit me rollen. ‘Zeg, hoeveel sterren geef jij deze avond?‘ en ‘Wat voor post sturen ze in de woestijn…? … Ka-meel‘. We lachten wat af!
Toen velen hun bedden opzochten bleven wij naar de hemel staren en met de app NightSky erbij, vonden we zo bijna alle sterrenbeelden. Het muziekje wat op de achtergrond van de app speelde maakte het tot een heel mysterieus en gedenkwaardige avond. Langzamerhand was het hele kamp al is slaap, en waren wij de enige die nog wakker waren. ‘We zijn hier maar één keer, better enjoy it!‘.

Ik weet ook niet meer hoe vaak ik ‘Mooi, hè‘ heb gezegd die avond, maar sowieso vaker dan 1001 keer. Wát een ervaring!

Rond de klok van 1 besloten we toch stilletjes (dat is niet zo moeilijk op zand) naar onze tent te sluipen, waar de deur piepend open ging. Links liggen onze Duitse reismaatjes rustig te slapen, rechts daarentegen… De zuid-Koreaanse man droomde ook fijn zo te horen, hij snurkte als een verkouden kameel. Hierdoor schoten we ontzettend in de lach, en proesten we het uit onder de schapendeken, in de hoop dat we niemand wakker zouden maken. Toen we dan eindelijk een beetje gekalmeerd waren hoorden we geritsel en stoot ik Lotte aan ‘Hoor je dat..? Dat is toch geen schorpioen?!‘. We hadden per direct spijt dat we tentdeur op een kier hebben laten staan voor frisse lucht.
Maar al snel kwamen er erachter dat het niet een schorpioen was, maar de buurman die wakker was geworden. Thank god.

En langzaam dommelden we in…





Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *